Keetmanshoop 22 maart.
Na een
onderbreking van ongeveer 5 weken waarin we afscheid hebben genomen van mijn
moeder, zijn we nu weer onderweg in Namibië.
Het was alweer
een heel avontuur om in Namibië te komen. De treinreis naar Schiphol had al
heel wat voeten in de aarde. De overstap in Leeuwarden is normaal maar in
Zwolle moesten we met de bus naar Kampen, hier weer in de trein naar Lelystad
en daar overstappen op de intercity naar Schiphol..... 3 uur onderweg. Op
Schiphol bij het inschecken krijgen we Gate B20 inplaats van B16. Ok gate
wijzigingen gebeuren wel vaker. Maar als we bij B20 zijn is er geen bestemming
Frankfurt op de borden.... Maar terug naar de hal en op het grote bord kijken
waar we dan naar toe moeten.
Halverwege zien we een info/service balie en we vragen daar maar hoe het zit.
Hier krijgen we te horen dat de vlucht niet door gaat vanwege sneeuwval.
Shit
nog aan toe. En ze kan ons ook nergens mee helpen. Ga maar met de trein zegt de
KLM medewerkster. En onze overstap en bagage? Vraag maar bij Transfere 2. Hier
staan al rijen mensen waarvan de vlucht ook niet gaat. Als we aan de beurt zijn
verteld een meneer ons wat te doen, overboeken op een vlucht van morgen. We
vertellen hem dat we een aansluitende vlucht hebben naar Namibië. We kunnen de
vlucht naar Frankfurt met Lufthansa nog proberen, misschien was daar plaats.
Hun balie is ook bij de B gate’s. Zodra we wat blauwe pakjes zien leggen we uit wat er aan de hand is en vragen
we of er nog plaatsen vrij zijn bij de Lufthansa vlucht omdat onze vlucht met
de KLM niet doorgaat. De baliemedewerkster snapt er niets van. Dit blijkt KLM te zijn en als ze onze
namen invoert komen we zo te voorschijn, de vlucht gaat gewoon door vanaf
B16......... met een half uur vertraging. 3 Minuten later kunnen we boarden en zijn we toch nog
op weg naar Frankfurt en als we daar landen zien we alleen maar groen de
sneeuwval was waarschijnlijk ergens anders... Wat stroom/computerstoringen en
onkundige KLM medewerkers al niet kunnen doen. We parkeren in Walvisbaai ook op een parkeerterrein aan zee bij het Flamingo uitzichtpunt. Er staan heel wat grote en kleine flamingo’s samen met de grote witte pelikanen te fourageren. Als de vloed weer opkomt vertrekken de meeste flamingo’s naar de overkant van de baai om bij eb weer terug te keren. Prachtig. Om 8 uur staan we bij de bandenboer en om half 9 komt de monteur met zijn rijdende uitlijn apparatuur. 10 uur is de klus geklaard nadat er heel wat geslagen en gemept is op om de stuurkogel los te krijgen. Dan nemen we de C14 naar ons volgende overnachtingsplaats bij The Grotto. Tot aan de Kuiseb Pass is het een vrij saaie, kale weg met veel mijnbouw activiteiten. Maar de Pas zelf is geweldig mooi. Onderin een ravijntje ligt de grot waar we naast parkeren en uitzicht hebben op de ons omringende bergen. De verdere route door de Guab Pas naar Sossusvlei is heel mooi, aan beide zijden worden we omringd door bergen van verschillend formaat. Op deze route is er ook meer verkeer en moeten we geregeld snel de ramen dicht draaien anders worden we bedolven onder stevige stofwolken die iedereen hier opwerpt.
In de “plaats” Solitaire die bestaat uit een bakkerij, benzinepomp en een camping, hebben we de solitairburger gegeten en de lekkere appeltaart ingeslagen voorbij de koffie. We komen nog een paar struisvogels, springbokjes en oryx tegen. Ons bushcamp is onder een prachtige sterrenhemel. De melkweg ligt precies boven ons. De weg naar Sesriem is ook weer een pracht. De kwaliteit van de wegen gaat van heel goed tot uit elkaar hobbelen en alles er tussen in. Er moest al weer eens een kastje gerepareerd worden omdat de schroeven los gerammeld waren. Op de Sesriem campsite hebben we een mooie plek met schaduw van een grote boom en een wateraansluiting die wat lekt. Dit vinden de sociable wevers prachtig en komen ze allemaal wat drinken. Ze hebben samen een heel groot nest in een boom even verderop. We brengen een bezoek aan de Sesriem Canyon en aan het eind van de dag rijden we de 60 km naar de deadvlei. Maar daar aangekomen is de shuttle dienst al naar huis en verkennen we de duinen voor de ingang van de sossusvlei. De truck mag namelijk niet verder de vallei in. Op een mooie roodgekleurde duin de zien we de zonsondergang en dan weer terug naar het camp want die sluiten om half 9 de poort. Om 5.30 gaat de wekker en we staan om 6 uur voor de poort die na een paar minuten wachten opengaat en iedereen snel op weg gaat naar Duin 45 voor de zonsopkomst. Wij gaan gelijk door naar de Sossusvlei. Op de parking is de kaartjesverkoper van de shuttle dienst aanwezig en we kunnen gelijk door naar de Deadvlei. Hier zijn we lange tijd de enigen die daar in een surrealistische omgeving rondlopen. Want het is echt heel apart. Aan het einde van de vallei gaan we “even” de duin beklimmen., Big Daddy. Dat is wel even hard werken, de laatste 30 meter op handen en voeten, hijg, puf, steun maar we hebben het gehaald. Je kunt het niet goed inschatten hoe hoog, hoe ver of hoe breed iets is. Het is immens groot. Achteraf zijn we bijna 100 meter vrij stijl de duin opgeklommen...... Maar wat een prachtig uitzicht hebben we dan. De zon is net op. Als we wat uitgerust zijn wandelen we via de duinruggen naar beneden. Stukje omhoog dan weer stukje omlaag maar dit is goed te doen.
Ondertussen is het 10 uur en de busladingen toeristen worden in vallei losgelaten. Het is dan tijd om verder te gaan. We doen met de shuttle nog een rondje door het park en dan de 5 km terug naar de truck. Het is ook op de parkeerplaats behoorlijk druk en we gaan maar koffiedrinken bij duin 45 waar nog maar een enkeling op de duin zit. We rijden door naar de Elegant Dessert Lodge en camping met prachtig uitzicht op de bergen en met een zwembad. Heerlijk als het zo warm is. Via D845 gaan we terug naar de C27 en hebben een prachtige route naar ons bushcamp aan de D707. Ook is er weer wat meer wild te zien, struisvogels, springbokken, oryxen en zowaar zebra’s. Er stond ook een waarschuwingsbord voor overstekende giraffen maar die hebben we niet gezien. Van Betta naar Spes Bona ga je door een mooie vallei. Hier staan grotere groene bomen, het gras heeft hier zilverkleurige halmen en een groot gedeelte van de grond is bedekt met geelbloeiende plantjes. Dit alles omringd door bergen in alle soorten modellen en maten. Als we de weg vervolgen richting Aus veranderd de omgeving weer, het wordt weidser en leger. Aan de ene kant de Tiras bergen en aan de andere kant de duinen. En de gravel op de weg wordt steeds meer zand. Er lopen nog een paar struisvogels en gemsbokken. We komen nog maar een enkele toerist tegen en een enkel boerenbedrijf. Vooral het laatste stuk voor we halt houden bij Guest farm Tirool, bestaat het land vooral uit zand met hier en daar een mini graspol, een grote leegte. Guestfarm Tirool heeft 3 campsites, klein maar fijn. Een mooie plek in een leeg land. Er staat hier een stevige bries en de was die aan de lijn hangt is binnen een half uur droog. De boer hier heeft zijn familie 8 km verderop wonen en de dichts bijzijnde buren zitten 12 km verder. Je kunt hier 40 km ver kijken......in de leegte. Al vanaf Elegant Dessert Lodge tot hier zien we ook regelmatig dode dieren liggen. Het is hier voor hen waarschijnlijk ook een ruig en moeilijk gebied met weinig water en eten. Na een heel stille nacht gaan we via Aus naar Luderitz. Bij het uitzichtpunt van de wilde paarden gaan we koffiedrinken en daar zien we een paar paarden die komen drinken. Ook de Oryxen hebben de poel gevonden en er is zowaar wat hoorn gekletter als er nog iemand is die wat wil drinken. Net na de stad Aus is er een groen grasveld van verspreide grassprieten, het heeft hier geregend en de paarden hebben nu even goed te eten. Nadat er een aantal jaren geen regen was gevallen moesten de paarden bijgevoerd worden anders zouden ze allemaal uitsterven. Ook de jakhalzen hebben grote honger en vallen nu ook in een groepje de paarden aan. Het aantal slinkt dan ook snel. We hoorden dat men nu van plan was om de paarden naar een beter park te verhuizen. De verdere weg naar Luderitz is behoorlijk saai. Aan de ene kant een bergketen en aan de andere kant de duinen en bergen met daartussen zand, veel zand waarin de weg ligt met aan de ene kant de spoorbaan en aan de andere kant de telefoonpalen. De enige onderbreking is hier en daar een oud treinsstation. We kamperen op Shark Island Campsite.
We banjeren met z’n allen door gesneuvelde asbest daken die verspreid om de huizen liggen. Er zou in Nederland groot alarm zijn en stikken van de mannen in witte pakken en maskers op..... Het was destijds een rijk en goed voorziene gemeenschap. Goede huizen, een buurthuis voor het weekend vermaakt en ook een kompleet ziekenhuis en dit allemaal van uit Duitsland ingevoerd. Degelijk spul. ;-)) In 1956 is de laatste bewoner vertrokken. Na een lekker bakje koffie met taart gaan we verder. Op naar Aus en door naar de Oranjerivier. Het is wel een van de saaiste stukken van het land. Asfaltweg met alleen maar leegte rondom. Geen beest of mens te bekennen. Op de 170 km zien we 3 boerderijen. Naast de Oranjerivier hebben we een mooie bushcamp. In de verte woedt een zandstormpje. Ook hier waait het nog steeds behoorlijk. Maar daardoor koelt ook wel lekker af in de avond. De route langs de Oranje rivier is mooi. Ruig en en soms nauwe doorgangen en er stroomt zowaar water in de rivier. Deze weg heeft soms last van overstromingen bij hevige regenval maar er is hier ook de laatste jaren weinig neerslag geweest en alles is kurkdroog.
We hebben voor het eerst onze kano tevoorschijn gehaald en peddelen wat op de rivier. En kunnen uren vogelen. We herkennen uiteindelijk 18 soorten waarvan enkele nieuw zijn voor ons.
Zoals de Oranje River White-eye, African Darter, Cape robin chat, giant kingfisher maar ook de kleine pied ijsvogel is mooi, spotted eagle owl en de African Swamphen. De volgende dag blijkt de kano lek te zijn en bij de receptie vertellen ze dat hun laatste plaksel met de kanogroep is meegegaan. Onze eigen plakset werkt niet meer. Ze hebben hier ook wel 100 kano’s te huur. De groepen gaan in 3 dagen de rivier een stukje af. Dus voor ons werd dat relaxen en vogelen. Maar ja we hebben een afspraak in Mata-Mata staan dus moeten we weer verder. We zijn in 1,5 uur in Ai-Ais, aan het eind van de Fish River Canyon. Het is er warm 34 graden en het waait hier bijna niet. Er is een spa en een zwembad. We krijgen elk een stevige rug-nek-hoofd massage en dobberen wat na in het warme zwembadje. Ze hebben ook een hotspring en die is 65 graden. Niet geschikt voor pootje baaien of een onderdompeling. Het wordt wel voor het warmwaterbad bij de spa gebruikt. De baboons lopen hier overal rond en als je niet oppast stelen ze het eten uit je auto. Maar zodra je opstaat of op hun toeloopt zijn ze vertrokken. Ook liepen hier vreemd genoeg een aantal katten rond, het is overal in de parken verboden voor huisdieren.... en dit waren zeker geen wilde katten. Dan op naar Fish River Canyon. We zijn nog maar een paar km onderweg of de truck weigert dienst. Krijgt geen brandstof genoeg. Arend kan hem steeds weer aan de praat krijgen totdat we een geschikt plekje hebben om de filters en slangen te controleren. Helaas was 1 keer niet genoeg maar na de 3de poging was de truck tevreden en bromde weer als vanouds. Dit zal nog wel vaker gebeuren met de vuile diesel uit West Afrika. Heel fijn, we rijden weer en we arriveren net voor 12 uur op de campsite van het park. Nadat we hebben gegeten gaan we naar de Canyon zelf waar diverse uitzichtpunten zijn. Na de Grand Canyon in Arizona is dit de tweede in grootte, tot 550 meter diep. Het is weer super groots. Je kunt in 5 dagen een gedeelte van de canyon (80 km) doorwandelen.......We hebben hier een schitterende zonsondergang tussen de wolken en regen door. Aan de andere kant staat een mooie regenboog. Als het helemaal donker geworden is gaan we terug naar het kamp waar we overnachten.
De lucht blijft wat onrustig, het bliksemt en af en toe horen we de donder. Het gaat wat heen en weer, dan weer wat regen en vervolgens komt de donder en bliksem weer terug en weer wat regen. Het dakraam weer dicht en dan weer wat open, kortom een onrustig nachtje. De volgende ochtend gaan we terug naar de canyon en kunnen het dan vanuit andere uitzichtpunten bewonderen.
Hier hebben we een rustig ontbijtje. Daarna gaan we naar de Nauta dam en meer. Onderweg zien we ook weer wat wild, dikdik, kudu met kalf, springbokken, een Verreaux’s black Eagle en 3 zebra’s. Vlakbij de dam zien we grote percelen dadel-palmbomen, er kan hier wel wat verbouwd worden met het water naast de deur.
Bij de picnic plaatsen aan het meer is ook wat bedrijvigheid, meer dan we gewend zijn. Het is namelijk 21 maart en hier vieren ze hun independence day gezellig met z’n allen aan de braai of fijn vissen op het meer. De jeugd komt zich hier nog even uitleven met een drankje en muziek maar als het donker wordt is iedereen verdwenen en genieten wij van een bliksem spektakel in de wolken. Nog twee dagen in Namibië en dan gaan we door naar Zuid-Afrika.
Groetjes!!
It wie wer prachtig dit te besjen!!
BeantwoordenVerwijderenTige tank,foar skitterende plaatsjes en mooie ferhaal!!
Hertlike groet; tineke