dinsdag 24 november 2020

Tanzania en Zambia. 29-10-2020 tot 15-11-2020. Na een rustige nacht bij Hotel Kibu dalen we de heuvel weer af en gaan verder om de berg Kilimanjaro. De berg is nog steeds niet in zicht, dikke bewolking rond de top. We proberen hier en daar geld te pinnen en een internet kaartje te kopen maar niets werkt. De weg rond de berg is voor het grootste gedeelte al asfalt en het laatste stuk grondweg is goed. We gaan door kleine armoedige dorpjes waar de mensen van veeteelt leven en door een groot stuk bos waar regelmatig gekapt wordt maar ook nieuw wordt aanplant. Aangekomen bij de Simba Farm krijgen we stroom en kunnen weer schoon water tanken. Er is nog een auto met toeristen uit Italië en Israel.
Arend zet hier de nieuwe schokbrekers onder de truck en ook wordt het rek op de cabine weer vast gelast. Hier horen we ook dat we geen internet kaartje hoeven te kopen want je kunt tot 11/11 niet registreren en in verband met de verkiezingen liggen de social media er uit. Als we dan verder naar Arusha rijden zien we de toppen van de Kilimanjaro en ook die van Meru..... ja ja dat ziet er mooi uit!
We rijden van het ene naar het andere adres om schokbrekers voor achter te kopen maar helaas niemand die kan helpen. Nog wat groente kopen bij de SimbaFarm winkel in de stad en dan op naar de Snake-Farm.
Hier de ruitenwisserbladen vernieuwd en de was gedaan. Hier treffen we dezelfde auto weer met toeristen. De volgende dag rijden we richting Dodoma. Het eerste stuk gaat nog over de Masai steppe, maar er zijn niet veel Masai onderweg met hun kuddes vee. Net voor de stad Makuyina is een weegbrug die we zoals gewoonlijk voorbij rijden. Die keren dat we netjes langs zijn gereden werden we doorgewuifd en was het niet nodig. We vervoeren geen vracht.... Maar de ambtenaar hier dacht daar ga ik achteraan en houd ons 10 km verder staande. We moeten toch wel over de weegbrug, nou jaaa. Ok we gaan mee terug en met het gewicht is niets mis. Maaaar we zijn doorgereden en dat is een misdrijf. We kunnen vertellen dat we altijd doorgestuurd zijn en ons verteld is dat het niet nodig is maar deze meneer wil geld zien. Volgens zijn papieren moeten alle trucks boven de 6,5 ton over de weegbrug en op doorrijden staat een boete van $ 2000...........slik. Dat is onmogelijk zoveel $ hebben we niet. En door de verkiezingen kunnen we nergens pinnen....... Uiteindelijk uitgekomen op $ 50. De geboden 20 was echt niet voldoende ☹. Dit was het gentleman’s agreement....... Gauw verder voordat hij zich bedenkt. De volgende weegbruggen zijn voor ons ook al is het onzin. De weg is heel goed maar wel met veel stukken waar je maar 50 km mag rijden en overal politie met laserguns.....Het landschap is afwisselend droog als de Masai-steppe, naar vruchtbare grond waar mais, suikerriet en bananen wordt verbouwd tot weer dor en droog waar alleen wat graatmager vee rondloopt en armzalige hutjes staan. Dodoma lijkt in geen enkel op zicht op een Hoofstad. Er loopt een mooie asfaltweg door heen en er staan een aantal mooie huizen maar heeft verder geen uitstraling. Even buiten Dodoma vinden we een mooi plekje ver genoeg van de hoofdweg om te overnachten.
Er komt een jongen langs en heel veel parelhoenders en daarna is het rustig. Ook het trajekt Dodoma naar Iringi is mooi, ook afwisselend landschap. De weg slingert door de bergen, hoogste top was 1870 meter en door en langs een park waar een paar baboons langs de kant van de weg zitten. Er is ook een streek waar veel baobab bomen staan, nog niet zoveel bij elkaar gezien. Geen weegbruggen in dit stuk en ook veel minder politie. De weg is goed met 2 bypasses waar aan bruggen wordt gewerkt. Een prachtig gezicht zijn de Jacaranda en Flamboyant bomen die overal in bloei staan. Iringi is wel een leuke stad schijnt de koudste stad van Tanzania te zijn op een hoogte van ongeveer 1560 m. Nog een uurtje richting Mbeya en zoeken dan weer een plekje voor de nacht. Dit keer aan het meer Nzivi waar een aantal herders komen om hun vee hier te laten drinken. Er is wel wat meer verkeer op de weg naar Mbeya maar meer vervelender zijn de vele bumps en 50 km stukken waar geheid de politie staat met hun lasergun. Ze staan net buiten de einde 50km borden en onderaan heuvels. Of je geeft te vroeg gas of remt te laat als je naar beneden zoeft. Offff misschien geen brandblusser. Mis, geen geld voor jullie vandaag. 1x onterecht aangehouden, er kwam geen foto waarop de overtreding te zien was. We tanken nog vol in Mbeya waar we nog met de visa kaart kunnen betalen en dan richting de grens waar we om 14.15 uur aankomen. Prachtig nieuwe gebouwen en een one-stop borderpost. We kunnen met de corona test uit Kenia, Mombasa over de grens, deze is 14 dagen geldig. Alleen geen enkele aanwijzing wie, wat en waar. Voor we het weten zijn we al op de Zambia kant.... Dan eerst maar naar immigratie. Er komt zo’n “helper” bij ons en verteld wat we allemaal moeten doen, maar dat weten we wel de vraag is voor ons waar. En hij brengt ons keurig naar alle loketten. Voor uitstempelen van het carnet moeten we terug lopen naar de Tanzaniaanse kant van de grens.... dit zit nog niet samen i.v.m. corona zeggen ze..... En dat is er helemaal niet volgens de president van Tanzania ☺. Op 5/11/20 na 1,5 uur staan we kant en klaar in Zambia.
Hier worden de coronamaatregelen wel nageleefd. De klok kan een uur terug in de tijd en nadat we nog wat geld gewisseld hebben gaan we richting Mbale. Het is hier heel rustig op de weg en we vinden hier een vrij plekje in een afgraving. Na een rustige nacht, geen wind, geen water en geen mensen en alleen een paar vogeltjes in de morgen gaan we verder naar Mbale. Hier kunnen we pinnen en een internet kaartje kopen, nog wat groente op de markt gehaald en dan op naar Lake Tanganyika.
Dit meer is het diepste (1.470 m) van alle meren die in de Rift vallei liggen en is ongeveer 34.000 km2 groot. Bij Mpulungu vinden we onderdak bij Tanganyika Science Lodge. De weg is nog steeds asfalt behalve de afslag naar de Lodge, die uit stenen, keien en zand bestaat. Hotsend en botsend komen we beneden bij de lodge aan waar we net onder de bomen door kunnen naar een plekje bij het meer. De familie hier hebben vis gevangen en komen vragen of we ze ook willen kopen. De vis ziet er goed uit en zij maken de vis panklaar en lekker dat ie was!
Aan de waterkant loopt een water monitor lizzard voorbij en moet het bijna met de dood bekopen. Er wordt met stenen en stokken naar het dier gegooid om hem op te eten...... Maar het beest is sneller en verdwijnt weer in het meer. Het is 7 uur als we richting de Lumangwa watervallen rijden. Een weg met afwisselend asfalt en grondweg. De eerste grondweg is nog wel te doen maar na de stad Mporokosa tot aan de watervallen is het bar slecht gesteld met de weg. De laatste 35 km ook nog dikke regen en onweersbuien waardoor de diepte van de gaten in de weg niet meer te zien zijn. Een paar keer vallen we in een diep gat......... Op het laatste stuk staan overal kinderen langs de kant te schreeuwen en duimen omhoog als we langs komen zelfs volwassenen doen hier aan mee. Heel bijzonder. Langs de weg bestaat de begroeiing uit kleine boompjes en struiken. Vaak al eens afgebrand om er mais te kunnen verbouwen. Maar op de zwart geblakerde stronkjes groeien toch weer nieuw loten en blaadjes. Het lijkt er op dat ze de grond niet zo lang kunnen gebruiken. De huisjes zijn hier kleine vierkantjes, de één wat groter dan de ander en sommigen hebben de muren versierd met verf of stenen. Een enkeling heeft zelfs een veranda. Je ziet zelfs af en toe een klein tuintje voor het huisje. Bloemen en kruiden in een afgedankte plastic container. Veel huisjes hebben nog rieten daken en de rest heeft blik. Ook zien we dat ze vaak kleine zonnepaneeltjes hebben.De akkers liggen al klaar voor de regen die moet komen.
Een enkele familie heeft een paar kippen en geiten. Koeien zien we niet in dit gedeelte. Verder is er weinig activiteit in de dorpjes. We zien bij de wat grotere dorpen overal blauwe blikken huisjes staan die een maalderij hebben voor het mais en die ook op zonnepanelen werken.
Bij de waterval is het heel rustig, wij zijn de enigste bezoekers. De waterval zelf heeft heel veel kabaal maar ziet er mooi uit. Regenboogkleuren als de zon op de juiste stand in het water schijnt. Prachtig! De volgende dag relaxen we wat en maken een tochtje van een paar km op de motor naar de Kabwelume watervallen in de Kalungwishi rivier. Deze zijn ook schitterend.
Aan het einde van de dag maken we kennis met Esther en Thomas Morf. Zij zijn onderweg naar Tanzania. Wij gaan verder naar het zuiden. Na 50 km grondweg krijgen we weer asfalt en vanaf Mbereshi volgen we de rivier Luapula die de grens met Congo vormt. Eerst nog wat groene struiken maar hoe verder we komen hoe droger het wordt en weinig begroeiing meer. Armoedige huisjes maar in elk redelijk dorp hebben ze een watertap. Er worden meer geiten en kippen gehouden en er wordt cassave in plaats van mais verbouwd. De cassave wortels liggen te drogen. Ook is er een groot aanbod van rijpe mango’s en groene kool. We overnachten in Samfya bij Christofer aan het Bangweula meer. De weg van Samfya naar Kabwe is goed. Hier en daar wat potholes maar ok goed te doen. Er is maar weinig verkeer. Deze weg gaat ook door een stuk moerasland. In het overgebleven water leven nog wat vissen in de modderpoelen die door de daar wonende mensen (in huisjes van plastic zeiltjes) opgezocht, gerookt en te koop aan geboden worden........Het ziet er niet uit. Op dit stuk zien we weer eens wat vogels met lange staarten........... rond vliegen. Tot nu erg weinig vogels gezien/gehoord. Na het moeras wordt de wereld weer wat groener. Op de T2 naar Lusaka wordt het wat drukker met vrachtverkeer maar nog steeds goed te doen. Af en toe zitten er wel behoorlijke diepe sporen van gesmolten asfalt in de weg. Het eerste stuk van de weg is ook nog wat smal, er is weinig ruimte om uit te wijken. Je kunt elkaar nog goed passeren als je goed op de kant rijd. Er is één truck die maar wat midden op de weg blijft rijden en z’n lading zit zo scheef geladen dat hij één spiegel niet eens kan gebruiken. We toeteren stevig als we willen passeren en hij gaat aan de kant. Als we voorbij zijn horen we wat gerinkel maar zien niet waar dat vandaan komt en toeren verder. Het is nog vroeg als we bij Forest Inn aankomen en we besluiten om maar door te gaan naar Kabwe. Bij de volgende politie checkpunt worden we staande gehouden. Arend moet even meekomen want we hebben een ongeluk veroorzaakt en hij moet naar de gevangenis..... Wij weten van niets, niemand geraakt dus wat is er aan de hand? Blijkt dat de spiegel van de vrachtwagen die we toeterend voorbij gingen eraf is gevallen, is blijven hangen achter het achterste randje van de opbouw...... Dus dat was het gerinkel...... Hij weer teveel naar rechts en wij wat te snel naar links...... We weten het niet, hebben verder niets gemerkt. Eerst moet er gewacht worden totdat de chauffeur van de truck komt maar dat kan nog wel even duren. Politie zegt dan dat het waarschijnlijk z’n eigen schuld is en als we hun een drankje geven kunnen we weer verder......... We gaan door tot de afslag naar Kabwe en Lusaka. Hier staan weer grote borden dat alles boven 6,5 ton naar de weegbrug moet en we gaan voor de zekerheid toch maar langs. Daar vraagt een chauffeur wat we daar doen, jullie zijn een rijdend huis en hebben geen vracht, ja dat vinden wij ook maar hebben andere ervaringen. We worden door gewuifd als we op de brug staan. Nog 70 km naar de overnachtingsplek bij de golfbaan in Kabwe.
De golfclub bestaat al sinds 1913 en zo ziet het er ook nog uit, zowel van buiten als van binnen. Er wordt nog steeds golf gespeeld. Na middernacht worden we regelmatig wakker getoeterd door de treinen die door de stad rijden en bij elke overgang zeer luidruchtig te keer gaan alsof er ik weet niet hoeveel mensen op de rails bivakkeren. Ook het laatste stukje naar Lusaka is veel rustiger dan de laatste keer dat we hier waren. Veel minder vrachtwagens. Zambia is in recessie! Even wat boodschappen gedaan en dan door naar Pioneer Camp. Kan hier nog snel even wat wassen want er is alweer regen voorspeldt. Alles net op tijd droog voor de bui losbarst. We zijn hier niet de enige gasten, er komt ook een groepje motorrijders kamperen. Leuke campsite maar we willen ook nog naar “Lukasa” die aan de andere kant van de stad ligt.
We gaan nog even bij het General Hospital aan om te vragen of ze in Livingstone ook Covid testen doen en volgens hun is dat het geval. Nog even bij Wanderer Camp gekeken maar dat is nog steeds een bouwput. Door naar Lukasa Camp, ook een prachtige campsite waar we alleen vertoeven. Het is weer bewolkt en niet erg warm dus het zwembad blijft ongebruikt behalve dan dat de hond er graag in zwemt ☺. De volgende dag gaan we verder naar Livingstone. De weg is goed en behalve dat er wat drukte in de dorpen is daar buiten bijna geen verkeer. De kuddes vee zijn hier niet zo groot. Het is weer een armoediger streek. Voor we de stad bereiken hebben we nog een aantal stevige regen en onweersbuien. We zijn mooi op tijd in de stad en gaan eerst maar even bij het General Hospital aan om te vragen wanneer we een test kunnen doen. Voor je het terrein op mag moet je je eerst melden bij de covid straat/gebouw. Hier wordt je temp gemeten en vragen ze wat je komt doen voordat ze je een gatepass geven. We kunnen nu de test laten doen. Eerst betalen bij de administratie, dan kopie laten maken van betalingsbewijs (in de stad) dan weer terug naar het testgebouw. En er wordt alleen een monster van het slijm uit de neus genomen. Hoewel we het idee hebben dat ze op zoek zijn naar de hersenen...... ☺ Morgen om 15.00 uur de uitslag bij het lab ophalen. We gaan naar Maramba Riverlodge waar we de achteringang moeten gebruiken, we passen niet tussen de bomen door en het is overal nogal blubberig. Maar het hangslot wil niet open, ook al een poos niet gebruikt. Na een half uur klungelen en tig keer een andere sleutel willen proberen wijken we maar uit naar de buurman de Vic Falls Waterfront Lodge/Camp. Hier hebben we ook een mooi plekje en zijn ook hier de enige gasten. In het restaurant is wel een gezellige drukte, veel lokalen die hier wat komen drinken en/of eten. Dus doen wij dat ook maar. Lekkere snack en pizza. In de morgen doen we wat klusjes. Arend checkt de bouten na alle activiteiten met de veren en schokbrekers en komt er dan ook achter dat we de stootbalk achter de truck missen.......maar hoe lang al???? Op de slechte weg naar Lumangwe Falls verloren toen we in de diepe gaten stuiterden??? Één ding is zeker, hij is weg maar we kunnen hier wel zonder. In de middag terug naar de stad, even vol tanken en dan naar het ZH maar de uitslag is er nog niet. Dan eerst maar boodschappen doen. Het is duurt nog even voordat er wat actie komt bij het Laboratorium. Eerst kunnen ze de test gegevens niet vinden, wordt er gebeld met andere lab die moet hun vertellen waar ze het kunnen vinden en hoe uit te printen. Maar we hebben de uitslag en geen covid opgelopen. Maar nog geen certificaat, we moeten eerst weer terug naar testgebouw en die moeten vertellen waar we het certificaat moeten halen. Blijkt dat je naar het District kantoor van de volksgezondheid moet om een certificaat maar vertellen er niet bij dat die mensen normaal niet in het weekend werken. Snel in de truck en gas geven misschien zijn we nog op tijd. 16.30 en we zien de dames net afsluiten..... Uitleggen wat en waarom we een certificaat nodig hebben en gelukkig snapt ze de noodzaak en belt met de betreffende ambtenaar. We krijgen zijn nummer en maken een afspraak bij de grens met Zambia/Zimbabwe waar die meneer op dat moment is. Als de meneer ook gearriveerd is haalt hij certificaten uit de kofferbak, vult ze in en klaar, de nodige stempels staan er al op. Hartelijk Dank. En we zijn net voor donker terug op de campsite. De volgende dag vroeg op want de weg naar de grens met Namibië schijnt een “mission” te zijn volgens Robinson, wat voor ons gewoon een slechte weg heet.
De eerste 60km zijn goed, maar wat daarna komt is een drama. Er zitten zoveel gaten in en naast de weg dat je ze niet meer kunt ontwijken. En je sukkelt dus van het ene naar het ander gat...... Er is hier net een bui geweest dus alle gaten vol water en maar afwachten hoe diep je gaat..... En net als we denken dat dit wel snel mag verbeteren komt er een nieuw stuk asfalt weg voor de laatste 40 km. Wij blij!!! Het uitstempelen gaat heel snel nadat ze gecheckt hebben of we een geldige covid test hadden. Dan naar de andere kant, hier wordt de temperatuur gecheckt, de covid test bekeken, de auto ontsmet, vragenlijst invullen en dan mag je naar immigration. De road tax betalen, carnets instempelen als de heren terug zijn van de lunch en we rijden op 15-11-2020 Namibië binnen.
Veel leesplezier!

donderdag 12 november 2020

 








September 2020.

We wagen het erop en gaan terug naar Kenia, een aantal landen hebben hun grenzen geopend en Covid 19 is daar niet een groot probleem volgens onze bronnen. Nadat we een Negatieve Covid-19 test hebben kunnen we naar Schiphol. Op woensdag 23 september worden we door Wiebe en Eelkje gebracht wat we heel plezierig vinden. We hebben de gezondheidsverklaringen en worden eerst getempt voordat we verder kunnen. Voor Kenia moest er on-line een verklaring ingevuld worden en als die goed gekeurd is krijg je een QR code die je moet laten zien als je het land binnenkomt. Het is nog steeds rustig op Schiphol en op de vlucht zitten maar 80 mensen. Iedereen heeft mondkapjes op en personeel is in plastic verpakt. Na een rustige vlucht landen we in Nairobi en als de papieren en temp gecheckt zijn krijgen we rap een visum voor 2 maanden. De ontvangst op het vliegveld is vriendelijk. Er worden 2 tassen gecontroleerd maar geen gedoe verder. Mozes onze taxi staat buiten al te wachten op ons en brengt ons rap naar Hans en Maaike. Er is wel een avondklok maar we kunnen aantonen dat we van het vliegveld komen en mogen bij politie controles doorrijden. Nog een drankje en een praatje en we rollen om half twee het bed in wat Maaike voor ons heeft klaar staan. Heel fijn.

De volgende dag de Truck geopend en gelucht, alles is daar nog ok. Tassen uitpakken en dan beginnen met klussen die eerst gedaan moeten worden voordat we weer kunnen reizen. Ondertussen gaan we met Hans en Maaike naar diverse broodwinkels van hun en zien zodoende ook wel wat van de omgeving. Komen door de  sloppenwijk Kibera wat nog wel meevalt bij wat we eerder hebben gezien.  Naar Sarit shopping mall geweest, de grootste in de buurt. Op zondag hebben we een gezellige BBQ met een aantal van hun vrienden. En dan maandag komt Tony Maroro langs, met twee helpers Peter en Mwangi om twee nieuwe veren en schokbrekers te monteren. Met Uber-Peter gaan we naar Sarit om alle boodschappen te kopen en s’middags met Peter naar Mayfair-centre voor een nieuwe verzekering.

Ook de volgende dag maken we gebruik van Peter om naar down town – Riverroad te gaan waar ze stofjes verkopen :-))  en een rondwandeling door het centrum van  Nairobi. Het is ondertussen al 3 oktober en onze laatste dag in Nairobi. s ‘Morgens opening van de 6deBROOD winkel in de stad, de handgemaakte schoenen zijn ook aangekomen en aan het eind van de dag lekker uit eten bij Mama Shanti. Zondag 4 oktober vertrekken we na een fijn ontbijtje dan toch naar Masai Mara. We zullen onze dagelijkse gezamelijke sun-downer missen bij Hans en Maaike. Het is niet heel druk op de weg maar door de wegwerkzaamheden en onnozel rijgedrag staat het regelmatig stil. Sta je stil dan ga je gewoon om de rij heen en het liefst tegen het andere verkeer in zodat het daar ook tot een complete verstopping leid.  De B3 is een stuk beter al rijden hier nog veel vrachtwagens. Tot 2 keer toe laat het losknappen van een luchtslang ons schrikken maar alles is snel verholpen.








Het is half 4 als we bij het Mara Explorer Camp aankomen waar weer een andere Mozes de scepter zwaait. Op een paar lokale toeristen na  is er niemand. We relaxen en vogelen wat en regelen een dagdrive in het nationale park. De volgende dag vertrekken we om 6 uur met Josphat als chauffeur en gids. Het park heeft een oppervlakte van 1510 km2 en heeft verbinding met het park in Tanzania. Voor buitenlanders is het  $ 80  pp. En dan zie nog maar het halve park tot aan de Mara rivier. Daarna mag je nog eens betalen.......In dit park komen nog wel wat toeristen tegen. Maar het is niet zo vol als het normaal zou zijn geweest. En wat zien we weer een dieren.....Giraf, baboon, varkens en gnoe’s met honderden tegelijk. We zijn te laat voor de grote trek over de Mara rivier maar aan deze kant zijn er nog grote hoeveelheden te bewonderen. Ook de olifant, zebra’s, hartebeest, eland, buffels, grote gazelle en de thomson gazelle, topi’s, 5 leeuwen en 6 cheetah’s komen voorbij. In de rivier waren de hypo’s en de krokodillen. Verder nog de sekretaris vogel, gieren en  kroonkraanvogels. Op de terugweg komen we wat vast te zitten in een ondiepe blub poel maar snotte glad. De auto heeft geen grip genoeg om er uit te komen dus wordt er met stenen gesjouwd en met een machette takken afgehakt om de gaten te dichten en wat grip te krijgen.

En dan gaan we weer verder. Blijkt even later dat we dezelfde weg terug moeten....gelukkig nam hij de hindernis in één keer goed. De luipaard en de zwarte neushoorn hebben er vandaag geen zin in. Maar wat hebben we veel gezien. Een prachtige dag! Morgen mogen we zelf door het park rijden op een gratis transitkaartje van de Sekenani gate naar de Talekgate. Moet wel binnen de 2 uur. Ook nu zien we weer genoeg dieren.  Olifanten, zebra’s, eland, varkens, buffels, gnoe’s, topi, impala en Thomsongazelle’s. We overnachten op Crocodile camping waar we de enigste gasten zijn. Via de grondwegen C14 en C13 gaan we naar Narok. Het eerste stuk is nog steeds park of reserve en hier lopen de zebra’s, varkens, giraffen en Thomsongazelles ook nog vrij rond.

Na Narok nemen we de afslag bij Nairagie Ngare om via het binnenland naar het Naivasha meer te gaan. Prachtige route op een grondweg die ons over de ruggen van de bergen voert op een hoogte van 2700 meter. De dalen en hellingen allemaal beplant met mais, aardappels en uien. Het is een zeer vruchtbaar gebied. De weg naar beneden was slecht. En de uitlaat protesteert ook..... Bij het Fishermans Camp hebben we een mooie plek aan het water. Ook dit meer staat veel hoger dan normaal en heeft een hoek van de camping opgeëist. s’Nachts komen de Hypo’s aan land om te grazen. De uitlaat wordt in het dorp Naivasha gelast en bij terug komst op de camping hebben de visarenden nog veel kabaal samen met de lovebirds. De hamerkop heeft het druk met z’n nest en wevers en de hadada ibis komen langs. Er is een Keniaans gezin uit Mombasa wat onze manier van reizen te gek vindt en s’avonds brengen ze ons een maaltje kip curry om te proeven. En als we in Mombasa zijn moeten we contact opnemen en langskomen. Mombasa ligt niet in de planning maar we zien wel. Het is maar een paar uur rijden naar onze volgende stop bij het Nakuru meer op Punda Milas Nakuru camp. Het is druk op de weg zeker op de 104 waar ze als idioten inhalen en iedereen geregeld op de rem moet omdat er weer iemand met een noodgreep er tussen moet. De camping is prachtig en we houden even rust.  Na een paar dagen relaxen gaan we verder naar Lake Bogoria waar we hopen dat we de grote hoeveelheden flamingo’s kunnen zien die in dit zoute meer leven.

Voor $30 pp kun je door het park langs het meer rijden naar de noordelijke in/uitgang. We zien wel aardig wat maar het is duidelijk niet het seizoen. In de warmwater bronnen op de rand van het meer koken we een eitje en het lukt ook nog. Onderweg zien we nog een paar grote kudu’s en zebra’s. De camping in dit park ligt ook al onder water dus gaan we door naar het Baringo Lake waar we naar het Roberts camp willen voor de overnachting. Maar daar aangekomen is het hele camp in het water verdwenen. De daken van de huisjes en het restaurant staan nog boven water..... Ook de buren zijn verdwenen..... De ramp is hier nog veel groter. Door een omstander worden we naar de Dessert rose camp gebracht. Die heeft nog 3 tenten kunnen redden en ze hebben een kleine plek waar we kunnen  overnachten. Het water heeft wel 400 meter van de terreinen opgeslokt en het stijgt nog steeds. In dit zoet water meer leven vooral nijlpaarden en krokodillen en zijn er veel vogels te zien. In de avond komt er een nijlpaard aan land naast de tenten. Het is niet de plek om een dag of wat rond te kijken en de volgende dag gaan we dan ook maar door. Boven het meer langs naar Mugie.

Maar we hebben eerst een omleiding want ook de mooie asfalt weg ligt in het water. De weg naar Mugie is een grondweg maar ziet er goed uit en is goed te rijden. We zijn nu in Samburu land. Het volk is verwant aan de Masai stam. Mooie tocht door het steeds drogere Afrikaanse landschap met verschillende acaia bomen, rood en geel zand. Laatste stukje door Mugie Park, zien struisvogels, varkentje, gazelle’s en zebra’s. We kunnen hier overnachten maar dan moeten we ook $ 40 pp betalen voor het park........Dat vinden we te gek voor een nachtje en zoeken wel een rustig plekje naast het park. Er is een mooi plekje onder aan een heuvel en de volgende dag toeren we verder door het land van de Samburu herders. Soms zijn het hele grote kuddes en de dieren zien er hier goed uit. De mannen en vrouwen zijn rijk versierd met kettingen, armbanden en hals ornamenten van allerlei kraaltjes.



De weg is als een wasbord en we toeren maar langzaam wat door. Hier en daar zijn er leuke lokale marktjes waar we even kijken. Het land is hier wat opener en we vinden weer een mooie wildcamp tussen de acacia bomen. Het ligt bezaaid met oude olifanten poep dus wie weet krijgen we nog bezoek.....maar niet van de olifanten. Wel allerlei vogels waaronder een white bellied go away vogel. Het is nog een uurtje wasbord rijden voordat we weer op asfalt terecht komen en snel door kunnen naar Umoja vrouwengroep camp, alleen is het nu overgenomen en heet het Umoja Beach Resort aan de rivier Uaso Nyiro. Hier hebben we stroom en kan de wasmachine zijn best doen. Het water is hier wat zout, niet zo geschikt. Het dorpje ligt vol plastic afval, de camping is ok er wordt gewerkt aan een nieuw wc/douche gebouw. Dan toeren we richting Berg Kenia waar we nog net een glimp van op kunnen vangen voordat de wolken zich weer om te top ontfermen.  Rond de berg zijn allemaal landbouwbedrijven groente en bloemen kassen. Weer goede grond en klimaat. We kunnen camp Trout niet bereiken, hun brug over het snelstromende riviertje is te smal en we gaan terug. 30 km verder is het Bantu Mountain Lodge waar we terecht kunnen. De hotels stammen uit een ver verleden. Eenmaal gebouwd wel onderhouden maar het is nog steeds jaren 70 uitstraling. Ook hier zijn we de enigste gasten en worden opgewacht door de baboons. De gids wil graag met ons wandelen door het bos en verteld van alles.

Zien een prachtige  Hartlaub’s Turaco. En een ander soort aapje met witte oren en witte kraag. De gazelle’s en varkentjes zijn met vakantie.  We rijden verder langs de voet van de berg, nog steeds asfalt. De C57 loopt tussen de thee, koffie en bananen plantage’s door. In een van de dorpjes kunnen we niet verder. Een grote truck van de DHL straat dwars op de weg. Wielen hebben niet voldoende grip zo half langs de kant van de weg en het lukt de chauffeur niet om weg te rijden. Als alle andere auto’s via de berm er om heen zijn gereden kan Arend de truck met de lierhaak en touw weer op de weg trekken.

Iedereen weer blij en we vervolgend de weg naar de Masinga Dam waar we een mooi stekje aan het water vinden. De security komt langs en verteld van alles over de dam en dat  5 dammen zijn aangelegd en allemaal voor elektriciteit.  Ook zijn er nijlpaarden en krokodillen. Het vee komt hier ook drinken en het gebeurt toch wel eens dat er een geitje verdwijnt...... Dus we moeten goed oppassen als we nog naar buiten gaan in de nacht.......:-) Na een heel rustige nacht gaan we verder naar de plaats Garissa en het eiland Lamu langs de grens van Somalie.  Op deze weg zijn veel politie checks en iedereen zegt dat de weg veilig en goed is.  Vanaf de dam wordt het landschap weer droger en stoffiger. Hoe meer we richting de kust gaan hoe armer de mensen zijn en wonen ze vaak in hutjes van stammen en plastic. Er loopt nog wel vee koeien, geiten, schapen en veel kamelen rond met de herders maar of de dieren voldoende voedsel vinden?  Het is geen prettig leven hier, armoe troef.  Even voor Garissa is de afslag naar Hola en Garsen en hier zien we grote tentenkampen van waarschijnlijk vluchtelingen uit Somalië.  Nog een aantal km rijden en dan is het tijd voor de lunch. Maar als we verder willen weigert de truck om te starten, geen geluid behalve een klik...... Na wat meet en kijkwerk toch maar de nieuwe startmotor er op. Er blijkt een tand van de tandkrans te missen en ook de startmoter mist een tand...... Maar na 1,5 uur start de truck weer en we kunnen in ieder geval eerst verder als zal er wel iets aan moeten gebeuren. We besluiten dan maar in Bura te overnachten maar hier is geen hotel of camp te vinden. Als we langs een kerk komen waar de pastor nog aanwezig is vragen we of we bij de kerk mogen overnachten. De pastor maakt z’n meeting af en komt dan zeggen dat het hier niet veilig is maar we kunnen wel bij een parochiaan achter het hek overnachten. Hij heeft 2 dochters die engels spreken. De meeting ging over een aanstaande trouwerij in december. Iedereen moet even binnenkijken en met z’n allen in de truck op weg naar het huis om de hoek. Prima.  Na een praatje en een drankje met de pastor en z’n vriend en dochter worden we met rust gelaten. Gauw wat eten en dan maar slapen en vroeg weer weg. We hebben besloten om maar niet naar Lamu te gaan. De weg daar naar toe moet met een politie escorte en omdat we niet weten of en wanneer de startmotor het laat afweten gaan we naar Mombasa voor reparatie en appen we met Shafina en Azaan of die een goede garage weten.  Om half 5 in de nacht begint onze gastheer tussen ons en hun huis heen en weer te lopen en gebeden en verzen op te zeggen. In the name of Jesus en in het Swahili verder.......  Steeds de zelfde dingen herhalen, Heel vreemd, klinkt alsof hij wat moet bezweren......  Als dan daarna de imam begint te zingen zijn we klaar met de overnachting gauw wat eten en wegwezen. Van Shafina een bericht dat zodra we in Mombasa zijn hun weer te appen. Zij hebben wel een paar adressen waar we kunnen kijken. Komen we toch nog in Mombasa......  Tot Hola is de weg nog slecht, kapot gereden asfalt met groten gaten en waar men bezig is zijn omleidingen. Totaal ongeveer 30 km. Na Hola is de weg weer goed en rijden we van diepe armoede naar de rijke stad Mombasa. We lunchen aan de kust onder de palmbomen en hopen maar dat de truck opnieuw zal starten en ja we kunnen weer verder. Van een dor en droog gebied naar meer tropische temperaturen met een hoge luchtvochtigheid. Baobabs en palmbomen, bij Malindi is een grote zoutwinning. Hoe dichter bij de stad hoe meer verkeer maar er wordt hier netjes gereden. Geen getoeter en iedereen kan rustig invoegen. Er zijn niet veel brommertjes maar wel veel Tuk-Tukjes die gelukkig ook in hun spiegels kijken. Wat een verschil met Dar-Es-Salaam.  We hebben afgesproken tegenover het Tamarind restaurant bij de benzinepomp in de wijk Nyale. Het is een mooie wijk waar de rijkere mensen wonen. Mooie compounds, overal groen.  Na de begroeting eerst nog naar een bedrijf omdat het de volgende dag een feestdag is en alles dan gesloten is. Dit bedrijf probeert er dik aan te verdienen en we gaan eerst verder kijken.


Daarna kunnen we met hun mee naar de Mvita villa’s waar we mogen parkeren zolang we klussen hebben. Heel fijn en een prachtige plek aan de Tudor Creek.  Drankje, praatje en een BBQ dinner en om half 10 liggen we bommetje vol in bed. De volgende dag blijkt dat de koelkast het ook weer heeft begeven.....Ja hoor er is nog niet genoeg om te repareren. Na een buurpraatje gaan we na wat meetwerk naar de supermarkt plaza waar ook nog koelkasten te koop zijn. Hier vinden we één die en wat groter is maar goed past en hij wordt gelijk gebracht. Oude eruit en nieuwe erin. Zo vlot is het nog nooit gegaan J.  Dan nog de werkplaats bekijken waar de mannen het nieuwe  vliegwiel dat inmiddels ook gevonden is  kunnen verwisselen. De volgende morgen gaan we langs alle adressen waar we wat kunnen kopen en ondertussen nog langs wat toeristische sites gereden. Mooie Hindu (Shiva) tempel, mooie oude panden met “Lamu” deuren, Jain tempel met de leeuwen aan weerskanten van de deur, Ford Jesus en natuurlijk de Tusks Arch, de slagtanden die over de Moi Aveneu staan.


Om 13 uur het vliegwiel opgehaald en dan op naar de werkplaats waar ze gelijk beginnen aan de klus. Het is een aardige opgaven om alles los te krijgen en sommige onderdelen zijn zo zwaar dat het niet te dragen is. Het blijkt nu dat er hier helemaal geen krikken en andere hulpmiddelen zijn en de jongens moeten het zelf maar oplossen. Halverwege de volgende dag kan het vliegwiel er weer in maar dan wordt er een bout kapot gedraaid en kan alles er weer uit. Nu eerst 12 nieuwe bouten halen en alles vervangen want de kans is groot dat de rest ook te strak is aangedraaid en dan zullen ze alsnog breken. Dit kan niet eerder dan morgen en dan pas kunnen ze verder. 9 uur arriveren de bouten en zit de startmotor er ook al op. Nu moet de versnellingsbak er weer voor en die is 400kg.  Het is niet te doen zonder hulpmiddelen. Arend heeft toen de lier achter langs over de opbouw gelegd en zo het geheel wat op kunnen takelen. Een hels karwei maar uiteindelijk zit de bak er goed voor en kunnen ze dit vastzetten. Het water van de accu’s nog bijgevuld en dan kunnen we terug naar Mvita.  Zaterdag gaan we met de truck naar SpringTech een bedrijf voor veren want die zijn toch te slap en zijn de schokbrekers waarschijnlijk ook weer kapot.

Het bedrijf heeft het even bekeken en afgesproken om maandag de veren aan te passen. De rest van het weekend relaxen, wat zwemmen en uit eten met de Familie Mombasa.  Maandag zijn we de hele dag zoet bij de verenboer, er blijkt nog een veer kapot te zijn en er worden nog 2 bijgezet. Als we terug komen bij Mvita staat Shafina ons al op te wachten. Van een aantal andere bewoners mogen we niet meer parkeren. Dit is de laatste nacht op onze mooie plek in de stad. De volgende dag naar de supermarkt en naar het Mombasa Hospital voor de Covid-test. Met een tuk-tuk nog 2 schokbrekers opgehaald en dan maar naar Twiga lodge/camp bij Kiwibeach.


We moeten met de ferry naar de overkant en dat duurt en dat duurt maar voordat de open ferry eindelijk terugkomt.  Het is nog 20 km naar de camping, is een mooie plek aan zee. De volgende dag gaan we in de morgen weer terug naar Mombasa, waar we nog een poging wagen om ook schokbrekers voor achter te kopen maar dat mislukt. Terug naar het Hospitaal waar we om 14.00 uur de uitslag op kunnen halen. Negatief dus dat is goed. Dus op weg naar de grens. Het valt niet mee om de stad uit te komen, ze zijn met de weg bezig en het is een grote modderpoel met allemaal vrachtwagens en omleidingen. Als we het asfalt weer bereiken moeten we flink doorrijden en heel wat trage vrachtauto’s inhalen om voor het donker bij de Salaga- Lodge te komen. Jammer dat we binnen een bepaalde tijd bij de grens moeten zijn in verband met de geldigheid van de covid-test, anders hadden we hier wel wat langer kunnen blijven. Mooie camping-lodge waar een enthousiaste vogelkenner is. De weg naar de grens loopt door 2 parken waar we impala’s, zebra’s, hartebeesten en gnoe’s zien. Nog wat eten en dan de laatste km naar de grens. Hier aangekomen is het onduidelijk waar je naar toe moet en we rijden maar door een open hek en zien wel waar we kunnen parkeren. Dit is al moeilijk, de één zegt daar en de ander wil je aan de andere kant. Ok in verband met covid zijn de posten weer afgezonderd van elkaar..... Paspoort wordt uitgestempeld als we de neg. test laten zien maar voor het carnet moeten we toch naar de andere kant. Hier kun je handen wassen en wordt de temp gemeten, er wordt een papier ingevuld en het onderste strookje krijg je mee. Daar staan de klachten van.........op en een gratis telefoonnummer  die je moet bellen als je klachten krijgt. Er is geen Covid in Tanzania volgens de president......... Bij de immigratie wordt er nogal ingewikkeld gedaan, 10 keer door het paspoort en uiteindelijk komt het er dan uit dat de grenzen tussen Tanzania en Kenia dicht zijn volgens hun en ze geen visum kunnen geven. Arend laat hun het verhaal lezen over een ander stel dat een week terug wel een visum hebben gekregen en dat ze ons, want we zijn geen Kenianen, toch ook wel een visum kunnen geven. Na veel heen en weer gepraat gaan ze overstag. Het extra geld dat ze vroegen komt ook weer terug en uiteindelijk geven ze het visum voor 3 maanden J. Nu de carnetten nog uit en instempelen, de road tax betalen  en om half vijf in de middag kunnen we verder. We zijn in Tanzanië 29 oktober, het  Hotel Mazanga is gesloten maar ook hier zijn er weer omstanders die wel een ander hotel/camping weten. Het Kibu is ook dicht maar de eigenaar komt snel aangelopen om het hek los te maken en ons op het grasveld te parkeren. Prima. Ook hier willen de mensen weer heel graag wat verdienen en hopen dat de toeristen snel weer terug komen.  Dit zijn onze belevenissen weer in deze vreemde Covid- tijd.

 Veel leesplezier.