dinsdag 25 april 2017

Togo en Benin.

Back in Paradise, 24 april 2017 Lagos center of exelence, Nigeria.



Na onze overnachting bij Bafilo watervallen moeten we deze ook nog gaan bekijken. De wandeling er naar toe gaat via allerlei tuintjes waarop de mensen druk bezig zijn. Ook diegene die de sleutel heeft van de deur in het hekwerk die de toegang is tot een trap naar de waterval. Voor 1000 cfa pp krijg je de sleutel mee. 


Onderaan de trap is de waterval al te zien en is niet echt indrukwekkend maar we gaan toch even omhoog naar het bekken waar de 1ste waterval in terecht komt en vandaar uit weer naar beneden stort. Hier vandaan loopt ook een pijpleiding naar het dorp en de tuintjes. We brengen de sleutel weer terug en gaan maar weer eens verder met reis.  Dit is al weer het laatste stukje Togo, mooi, schoon en netjes landje. Via Kara gaan we naar de grens met Benin waar we in Ouake de formaliteiten afhandelen. Dit gaat weer super. In Djougou kunnen we weer een internet kaartje kopen, maar dit duurt en duurt maar en er komt geen verbinding. Dan een ander nieuw kaartje maar dit kan wel even duren voordat het geactiveerd wordt. We zullen zien.
 Benin is wat drukker en smeriger dan Togo maar hier in het noorden is er niet veel verkeer. Ergens tussen Natitingou en Tanquiéta overnachten even buiten een dorpje. We staan mooi boven op een bergje en vangen wat wind. Het wordt naar het noorden toe weer schroeiend heet. De bloemenspuit kan wel weer tevoorschijn komen en het zweetdoekje kan in de was. De eigenaar van het bergje komt even een kijkje nemen en wil er ook wat aan verdienen, dan kan natuurlijk maar 10.000 vinden we wat te gek en hij neemt genoegen met 3000 die we meestal moeten betalen als we op een campsite staan. De volgende dag gaan we naar de stad Tanquiéta waar we boodschappen doen en even proberen of het internetkaartje al werkt........niet dus.
Al ver voor de stad lopen veel vrouwen met de waren op hun hoofd richting de markt deze mensen kunnen zich een rit met een busje dus niet permitteren.   Verder gaan we naar Camp Numi aan de rand van het Pendjari National Park. Mooi campje onder de bomen met restaurant. S’avonds eten we dan ook met Alfred de eigenaar en z’n dochter Eva en met de andere gast Alex uit Spanje.  We rijden 3 dagen door het savannelandschap van het park.
Bij het 1ste  meer  Mare Bari zien we topi/antiloop, herten, zwijntjes, baboons, hamerkoop, reigers en ganzen. Ze komen allemaal wat drinken en de krokodillen liggen op de loer.



Bij het 2de meer Mare Cacreé komen de olifanten net uit het water om wat te eten als we daar parkeren. 

We blijven in de truck zitten want ze zijn maar 10 meter van ons verwijderd en wachten totdat ze weer verder trekken. Prachtig gezicht. Wij snel naar het uitzichtspunt en kunnen daar zien hoe de olifanten zich te goed doen aan water en hier ook lekker in badderen. 

In het meer zitten veel nijlpaarden en er vliegen sunbirds rond. In het Mare Canard wat er naast ligt zien we ook nijlpaarden en een ooievaar. Bij Mare Yangouali is ook een campsite en hier gaan we overnachten. Hier zit het echt vol met nijlpaarden. Het is half 3, 40 graden en alles en iedereen gaat in de rust. Ipad is oververhit geraakt en weigert dienst totdat hij afgekoelt is. Met een nat lapje is dit snel verholpen. Aan het eind van de dag zien we een  bijeter vliegen en ook de abyssinian scharrelaar laat zich in een groot aantal zien.
We vieren Arend z’n verjaardag met bier en chips ;-)). De nijlpaarden beginnen wat te brullen en de volgende morgen staan er enkele op de kant te grazen. Op het andere strandje ligt een grote krokodil te zonnen en aan de overkant zien we een visarend zitten.

We vervolgen ons rondje en komen een grondneushoornvogel en een groepje Denham’s bustards tegen en ook een groepje olifanten laat zich zien. Bij de Pendjari-lodge is een meertje waar men vaak leeuwen ziet maar de eigenaren weigeren ons de toegang. We mogen het pad niet oprijden.....Alleen welkom als je 100 euro per nacht meebrengt?  Er zijn nog een paar meertjes, Diwouni en Fogou waar we behalve de genoemde dieren ook de goliath reiger zien.
Dan is er nog 1 meertje, Tiabago waar we van de rangers mogen overnachten. Op de weg er naar toe zien we een Bateleur. Prachtig beest. Bij het meertje ook weer Topi’s, waterbucks, apen, hamerkop en 3 reiger soorten, goliathreiger en zadelbek ooievaars. Na een rustige nacht op weg naar het laatste meertje.
Er staat een nijlpaard tussen de struikjes en die zet het op een lopen gelijk met ons op totdat we hem voorbij zijn en hij stopt.  Hier staan ook de zadelbekooievaars en de woolly- necked ooievaar, senegal Tick-knee en hoendersoorten. We rijden weer terug langs de meest westelijke route en alle dieren komen weer voorbij, ook een paar buffels, behalve de leeuw en de chitta.
We hebben genoten van dit prachtig park en extra leuk omdat je er zelf mag rondrijden en overnachten. Aan het eind van de middag komen we weer aan in Camp Numi, het is ons te heet alweer boven de 40 graden.... en gaan afkoelen in het zwembad. 
                                        
                                           We gaan op weg naar het zuiden, naar de kust hopelijk is het daar iets beter al is de luchtvochtigheid daar weer groter. De generator werkt niet goed meer dus we kunnen de airco niet zo lang meer laten draaien. Puf, puf. In Tanguietta merken we dat het internet kaartje werkt en alle berichtjes stromen binnen. Na wat boodschappen vervolgens we onze weg.  De katoenoogst wordt opgehaald en de vrachtwagens worden meer dan vol geladen.
Verder zien we mango plantages en cashew noten plantages. Hier en daar zien we waterpompen die ze met de voet bedienen.  Na Basila nemen we een afslag naar een dorpje en hebben een mooi bushcamp een paar km van de weg. Er komen een paar kinderen langs waarvan er 1 een beetje engels spreekt en vertellen dat we hier vannacht willen slapen. Het is hun wel goed. De hele nacht een kikkerconcert moeten aanhoren.......:-)) want er ligt een klein watertje naast de tuin.
Tot aan de stad Dasse Zouma is de weg slecht, vol gaten, daarna redelijk tot goed .
Vanaf  Abomey is de weg goed, behalve in steden en dorpen is het nog een zandpad maar er wordt druk aangewerkt om er een goede weg van te maken.  Het is bijna 5 uur als we in Grand Popo aan de kust arriveren.  Hier is Alex ook weer en Lies gaat de andere kant op, richting Zwitserland na jarenlang in Benin gewoond te hebben.

Grand Popo is ook niet meer wat het ooit geweest is. We maken een wandeling door dorp en over het strand. Ook hier bijna geen toeristen. Wel is men hier bezig om het strand schoon te maken en te houden. Overal zijn mensen met een hark in de weer. Hier houdt men zich ook met voodoo bezig en zie je aparte huisjes met tekeningen en hangt er een dode kip achter een kleedje.....  We rijden de route des Péches  die vanaf Ouidah naar Cotonou loopt en stoppen bij de camping Chez Rada, met restaurant en zwembad. De route loopt gelijk aan het strand en is een zandpad vol kuilen en gaat door allerlei vissersdorpjes waar ze nog met grote netten vissen. Op de motor naar de stad, die er ook niet echt geweldig uitziet, supermarkt bekijken en een bandenplakker zoeken. Maar dat ziet er allemaal niet uit, hier worden geen banden geplakt. Verder maar weer naar Porto Novo waar we bij het Centrum Songhai een paar dagen willen staan. We proberen een alternatieve route door Cotonou maar is niet echt fijn, overal hangen te lage telefoon of elektriciteitsdraden en moeten we omdraaien of ik moet het dak op om de draden te begeleiden.  Centrum Songhai  is een trainingscentrum voor produktie, onderzoek en ontwikkeling van duurzame agrarische activiteiten, Je kunt de tuinen bezoeken en de producten kopen in hun winkeltje.  Maar helaas we kunnen niet parkeren. Je kunt wel een hotelkamer nemen maar die hebben we wel. Dan gaan we maar weer, het is 14.00 uur en te warm om door de tuinen te wandelen. We rijden naar een dorpje vlakbij de grens waar we bij een kerk mogen staan.
We zijn wel klaar met Benin, en gaan morgen maar naar Lagos waar Jelle en Marijke thuis zijn en waar we op de compound mogen staan. S’avond om 9 uur wordt er aan de deur geklopt, de chief village  met een leraar en enkele dorpsbewoners  die zich afvragen wat we komen doen. Hun vertelt dat we toeristen zijn die hun land willen bekijken. Maar men is wat angstig en wil dat we even bij de pastor langs gaan. Arend met hun achter op een brommertje en op naar de pastor die een paar km verder woont. Die vindt dat hij ook bij de politie en militairen langs moet gaan waar we worden geregistreerd. En dan is alles ok. Ondertussen wat bewoners in de truck laten kijken en ze zien dan wel dat we geen kwade bedoelingen hebben. De volgende morgen vertrekken we om 8 uur, eerst weer door het dorp waar ook te lage kabels hangen en dan komt al snel de grens inzicht. De papieren opzoeken en dan kunnen we de kentekenbewijzen van de truck en motor niet vinden. Overal zoeken maar ze zijn en blijven weg.  Waarschijnlijk zijn ze bij de laatste grensovergang blijven liggen of tussen de andere papieren uit gegleden.....Shit  Toch maar de grens over en hopen dat ze er niet naar vragen of de kopie accepteren.  De grensformaliteiten duren 2 uren, maar men is niet vervelend. Een hoop kamertjes waar je je moet melden, zelfs de temperatuur wordt nog gemeten, maar dan is alles weer gestempeld. We krijgen maar een maand in plaats van de 60 dagen die het visum aangeeft maar allee.....Op naar Lagos.
Het is hier chaotischer en drukker op de weg dan in Benin. We komen zo’n 30 kontroleposten tegen zo vlak na de grens waarvan we 4 keer gestopt worden. Pure nieuwsgierigheid, ze vinden het allemaal geweldig en moeten in de truck kijken. Een uur verder zijn we al aan het begin van Lagos. Het verkeer is hier drukker maar het rijdt allemaal nog wel aardig. We hebben nog een omleiding maar zelfs dat stond goed aangegeven. Via Ikeja, Maryland en Ikoroduroad naar de Lagos-Ibadan Expressway en de Third-Mainland-Bridge naar Ikoyi waar we om 3 uur bij Jelle en Marijke arriveren. We krijgen een mooie plek achter hun flat. Zelfs een mogelijkheid voor stroom. En we worden getrakteerd op heerlijke stampot boerenkool met worst en spek!  Dan begint de grote schoonmaak en kunnen we de wasmachine en droger gebruiken om alles weer fris te krijgen. Even naar Park&Shop en geld wisselen in Ekohotel.  Zaterdag gaat Arend met Jelle naar de fabriek en ik sop verder in de camper. Zondags heerlijk naar het strand Tarkwa Bay.
 Aan het eind van de middag hebben we een weerzien met de Familie Lutz.  Een heel gezellige dag gehad!



Geen opmerkingen:

Een reactie posten