woensdag 27 februari 2019

Upington 27 februair 2019

De Fly-in safari in de Okavanga Delta. We zijn 3 februari om half 9 op het vliegveld om de tickets op te halen en om half 10 vertrekken we in een 6 persoons pruttelpot en komen na een halfuur vliegen aan op de Kwara airstrip. Hier staat een safari auto met chauffeur en een spoorzoeker op ons te wachten.  Gelijk beginnen we aan een game-drive.
We komen een cheetah en 2 leeuwen tegen die allemaal in de schaduw liggen te rusten. Ook hier zijn de impala’s, kudu’s, buffels, apen, giraffen en olifanten. Het is half 1 als we in Splash camp aankomen en gelijk een lunch krijgen voorgeschoteld. Daarna houden we siesta tot 4uur en staat er een high tea klaar voordat we aan de tweede drive beginnen. Als eerste kijken we of de Cheeta en de leeuwen er nog zijn.
Er volgt een prachtige tocht door het Kwando gebied met olifanten, giraffen, impala’s en zebra’s.  Op de terugweg zien we dat de leeuwen zicht verplaatst hebben naar een open gebied. Ze zien er mager uit en het is dus tijd om op jacht te gaan.
We zitten daar een poos te wachten maar er gebeurd niets. De impala’s en wilde beesten verwijderen zich steeds verder en op een gegeven moment zijn de leeuwen ook stilletjes weggelopen in het donker.
Het is al half 9 als we terug zijn in het kamp. Maar er is eten voor ons bewaard. Het is hier zo geregeld dat als er zich iets bijzonders voordoet je niet perce hoeft terug te komen voor lunch of dinner. Nog een douche en dan rollen we in ons super riante bed in een prachtige kamer. In de nacht horen we de hyena’s roepen. Om 5 uur worden we gewekt. Half 6 eten en 6 uur rijden. Het is net licht geworden en het is bewolkt.
We rijden naar een ander gebied. Ook een mooie tocht waarin het gebruikelijke wild is te zien totdat we bij een waterplas komen waar een 9tal wilde honden liggen te luieren. Prachtig. Als er een 4deauto aankomt vertrekken wij voor onze koffiestop op een mooi plekje maar we blijven in de buurt want misschien gaan de honden wel aan de wandel en als we willen dan kunnen we ze volgen. Dat willen we zeker wel, ook al kan het wel een ruwe rit worden, geen probleem.  Als we zien dat ze in beweging komen stappen we weer vlug in en kijken wat er gebeurd. Ze lopen een stukje en scannen dan eerst weer te omgeving af voordat ze verder gaan.
Dit herhaalt zich een aantal keer maar dan plotseling zien ze de impala’s en gaan er als een haas vandoor. De oren gestrekt en racen maar.  Wij moeten ons heel goed vasthouden aan de bank en stangen om ons heen want ook wij gaan ze in volle vaart  achterna.
Over boomstronken, door struiken, gaten en over de bulten en hotsen en botsen alle kanten op, slippen in de zandpaden maar we verliezen het toch. Ze zijn een dicht begroeid terrein ingegaan waar we niet met de auto in kunnen en zijn verdwenen en we weten niet of ze geslaagd zijn in hun aanval of niet. Maar mooi zo’n achtervolging. Dave en TP deinzen nergens voor terug het was alsof we zelf op jacht waren. Ook de wagen van Mister T ging er als een speer vandoor. Prachtig. Maar ook zij konden de honden niet weer terug vinden en geven het zoeken op.
Langzamerhand gaan we terug naar het kamp. Na de lunch, siesta en high tea gaan we op zoek naar de hyena’s die weer in een ander gebied voorkomen maar ze laten zich niet zien. Het is een mooi tochtje door de natuur met de gebruikelijke dieren met aan het eind een toetje in de vorm van een aardwolf in z’n holletje in de grond. Vanavond hebben we dan ons dinner met de andere aanwezige gasten. Zitten aan een lange tafel en iedereen kan z’n verhaal daar kwijt.
Om 3 uur in de nacht worden we wakker van de roepende hyena’s en om 4 uur staat er een olifant voor ons terras zich tegoed te doen aan de laatste groene blaadjes en takken te breken, er worden nog wat stammetjes omgetrokken en meneer “gromt” zo nu   en dan wat en gaat dan langzaam verder. Om 6 uur zitten we weer in de auto en omdat de bewolking is verdwenen hebben we een mooie zonsopkomst. Van de leeuwen en de cheeta ontbreken ieder spoor. Ook de andere wagens zijn ze niet weer tegengekomen.  Wel zien we veel giraffen en ook de olifanten zijn er. We verkennen weer een nieuw stukje en komen uit bij een waterplas waar nijlpaarden en krokodillen in zitten. Er omheen staan zebra’s en impala’s te eten en te drinken.
Twee mannelijke impala’s zijn aan het vechten om een vrouwtje die er maar vandoor gaat. En dan komen daar opeens twee hyena’s aangelopen en gaan in een hoekje bij het water liggen om wat te drinken. Dan horen we Mister T op de radio dat hij luipaard sporen heeft gevonden.
Hij is niet al te ver van ons vandaan en er wordt ons gevraagd of we er naar toe willen om te zoeken. Ja natuurlijk en dus weer alle hens aan dek, plat op het stuur en slippend en glijdend door het zandpad op weg naar de sporen. Deze kunnen we  een heel eind volgen maar dan eindigt dit toch in een grasland waar geen sporen meer gevormd worden. We zoeken nog aan de andere kant van het grasland maar niets meer... ook in en onder de bomen is niets te vinden.
Ook de andere wagen geeft het op. Helaas maar het was weer een prachtige ervaring. Dit was onze laatste game-drive. Als we in de buurt van het kamp komen zien we dat er tafels gedekt zijn in een open ruimte in het veld en hier krijgen we onze laatste lunch in de bush.  
Het ziet er prachtig uit en lekker uit. Nog wat opfrissen en de tassen weer pakken voor onze terugvlucht naar Maun. Nog een ritje van een uur voordat we weer bij de airstrip zijn en dan komt het vliegtuigje ons halen. Nemen afscheid van Dave en TP en stappen in.
We gaan niet rechtstreeks naar Maun terug maar krijgen nog een tochtje over de Delta waar we heel veel hypo’s zien, een kudde olifanten, buffels, impala’s en een paar neushoorns. En het prachtige groen met de waterwegen er tussen door. We landen om half 5 in Maun en wat hebben wij genoten van dit uitstapje naar de Delta. Prachtig. 


 Terwijl  we onze pizza nuttigen in het restaurant van het Sediahotel krijen we een gigantische hagel en onweersbui over ons heen. Het laatste wat we hier verwachten waren hagelstenen. De nacht begint voor ons vroeg, moe van alle activiteiten en indrukken. Maar wat was het mooi!       Bij het DWNP (Department of Wildlife and National Parks) kunnen we nog een dag bij boeken voor het Kgalagadi Transfrontier Park. Maar voor het zover is gaan we eerst naar Khwai. We passeren weer een vetfence maar hier is geen controle. Op weg naar de Khwai rivier  komen we 5 bulls en een een kudde vrouwtjes olifanten met jonkies tegen, een giraf midden op de weg, bosbokken, buffelo’s en hypo’s in de nijlpaardenpoel.
We vinden een mooi plekje aan de rivier waar ook genoeg nijlpaarden in het water liggen en olifanten komen drinken. Ze passeren vlak langs onze trucks.  S’nachts horen we nog 1 olifant rondscharrelen en een hyena roepen verder blijft alles stil. We rijden een stukje langs de rivier voordat we weer richting de hoofdweg gaan. Eerst zien we heel veel gieren en als we dichter bijkomen ligt daar een oud karkas van een olifant, de lucht is niet te harden....

En een paar kilometer verder liggen daar 2 leeuwen vlak naast de weg. Wat een verrassing.  Het dorpje Khwai stelt niet zo veel voor en we nemen de oude weg terug naar Mababe na een tip van een gids bij een andere nijlpaardenpoel. Ook hier olifanten, giraffen, bosbokken en impala’s.  Het pad is hier en daar wat krap en het heeft hier ook aardig geregend zodat er grote poelen zijn ontstaan en we wat omwegen moeten maken. Dan is daar de rivier die we over moeten steken.
Er zijn geen beesten in de buurt dus eerst maar lopend er door heen. Het is hier ondiep en de ondergrond is hard. Jurgen gaat eerst de sprong wagen en dan komt Arend en ze vinden het zo leuk dat ze terug gaan om gezamelijk weer naar de overkant te komen. We komen uit op het pad waar we s’morgens de leeuwen hadden gezien maar die waren aan de wandel gegaan. Een stukje voorbij Mababe is er een afslag naar een heel grote poel vol met nijlpaarden en er staan wat olifanten te drinken. Hier blijven we overnachten. De hypo’s hebben af en toe flink lawaai en de olifanten komen drinken, badderen en de jonge olifanten ravotten samen in het water.
Een prachtige plek. De volgende dag nemen we een pad verder langs de rivier waar we ook weer veel dieren zien, 2 grote groepen olifanten en een grote familie giraffen bij een voor een groot deel ondergelopen pan waar we via de nog droge gedeelten  de overkant kunnen bereiken. Ook zebra’s, impala’s en warthogs komen hier voorbij.
Na een bushcamp terug naar Maun vanwaar we de volgende dag via asfalt naar Ghanzi rijden. Onderweg hebben we 2 keer een vetfence waarvan er 1 zeer onverwachts is en we krijgen de keuze het vlees inleveren of je kunt het gaan bakken. Er is een gedeelte klaar gemaakt en een gedeelte is ergens in een andere vriezer beland.... Als de dame het gebakken vlees heeft gezien mogen we verder. Net voor het 2devetfence hebben we een lekke band. Een grootte flap rubber ligt weer los en er zitten diverse scheuren in de zijkant van de band. De banden zijn te oud en te bros geworden. Het is een heel geploeter in de brandende zon voordat de truck een beetje goed op de krik staat en het wiel gewisseld kan worden. We zijn nogal scheef geeindigd.....We hebben geen reserve band meer. De vingers gekruist en hopen dat er niet meer kapot gaan voor we een nieuwe reserve hebben. Onderweg is er niet zo veel te beleven het zijn allemaal weer grote boerderijen met hekwerken. In Ghanzi heerlijk vlees gekocht verder zijn de winkels minder voorzien van artikelen dan in Maun. Wel hebben we een reserveband kunnen kopen. In de avond een stevige regenbui.  Alweer flauw van het asfalt nemen we een zandpad naar de Tshuawane-pan. Ook al rijden we door de bush er is geen beest gezien. Heel apart. We komen door diverse pannen die allemaal droog staan.
In de Tshuawane-pan staat wel water en hier zijn ook de koeien te vinden. Een boer met paard en wagen gaat rond de pan en verdwijnt dan weer in de bush. De hele avond is er onweer in de lucht maar pas in de nacht gaat het regenen. Het zand is nu harder en het rijden gaat wat makkelijker en al snel rijden we Hukunti binnen waar de tanken gevuld worden met diesel en de laatste boodschappen worden gedaan.
Via een zand en gravel weg gaan we naar het Kgalagadi Transfrontier Park. Hoe dichter we bij de Mabuasehube-gate komen hoe meer sporen we van de hoefdieren zien en steenbokjes en schildpadden die de weg oversteken. We overnachten op het kamp bij de ingang. Kgalagadi Transfrontier Park.  Om half 7, 14 februari zijn we op pad, het landschap is prachtig en afwisselend. Dicht begroeid, hoge en lage struiken en dan een wat meer open veld. In de pan bij Bosobogolo zien we oryxen lopen.
Op het zandpad naar Matopi 1 zien we poot en hoef afdrukken die de weg oversteken maar van de dieren zelf zien we weinig, een paar oryxen en hier en daar een steenbokje. Het pad is soms te nauw en we moeten helaas van het bestaande pad afwijken en maken soms nieuwe sporen om de bomen heen. In Matopi kamp hebben we weer onweer maar er komt maar weinig regen. Hier zijn wel wat vogels. In de nacht horen we de leeuwen brullen maar daar is het bij gebleven.
Het pad naar Nossob is zanderig maar breder en het is een meer open landschap. Maar dan volgt het pad door de duinen........de meeste duinen zijn goed te doen en niet al te stijl maar bij enkele duinen moeten we weer terug omdat we net niet boven komen deze zijn dus echt stijl en erg zanderig. Maar met een aanloop en wat meer gas lukt het toch. Ook op dit stuk maar weinig dieren gezien. In Nossob hebben ze geen plaats meer op de camping dus toch maar door naar Two Rivers kamp. Vanaf Nossob is het een goede gravelweg.
Het is al in de middag dus veel dieren houden rust in de schaduw onder de bomen. Maar oryx en springbokjes lopen ook nog te grazen. Er zijn nu heel veel struisvogels en overstekende schildpadden. We hebben besloten om niet terug te gaan naar Matopi en Mabuasehube area omdat de weg te slecht is voor ons. De volgende dag gaan we eerst naar de douane van Zuid-Afrika en vragen of het mogelijk is om weer een visum te krijgen voor 3 maanden ennnn ja hoor het is een nieuw jaar en dus mogelijk. Heeeeel fijn, dan nog wat andere overnachtingen in Nossob en Polentswa geregeld en hebben we toch nog een mooie rondrit in het park.  
Bij onze eerste “game-drive”  zien we 2 cheeta’s onder een boom liggen en bij Kij Kij een leeuw, kori bustards, secretarisvogel, wildebeesten met jongen, struisvogels met jongen, een leeuwin en even verder zelfs 3 leeuwen bij elkaar.  
Wat een prachtige rit was dit. We overnachten op Rooiputs wat geen omheining kent. Dus net als in Matopi moet je alert blijven op eventuele dieren die langs komen. De rit naar Mata-Mata verrast ons met een Luipaard een bruine hyena met buit in z’n bek, 2 cheeta’s, wildebeesten, springbokken, roofvogels, giraffen en als toetje nog eens 3 cheeta’s.




Ook de volgende dagen genieten we volop van alle dieren die zich laten zien. Deze tijd zijn er ook veel grondeekhoorns maar missen we de mongoosjes  waarvan er nu maar enkele zijn en de stokstaartjes zijn verdwenen.  We doen een heel vroege game-drive met een ranger en zien dan verschillende bad-eared fox, een spotted uil, en eindelijk zien we een afrikaanse wilde kat, ook de whisling rat laat zich even zien.

Bij een van de water poelen twee drinkende jonge leeuwen die daarna wat ronddartelen en elkaar uitdagen. Op de achtergrond houden pa en moe  de wacht. Ook de verdere gamedrives zien we alle dieren weer voorbij komen waaronder de bateleur, diverse cheeta’s en leeuwen. Ondertussen verhuizen we naar Nossob en Polentswa en terug. Op een van die route’s zien we 4 leeuwen en een klein jong wildebeestje dat alleen is en wat gaat er dan gebeuren.  Jaaaa het wordt gezien en 2 leeuwen sluipen langzaam dichter bij, ook de andere 2 zien dat er wat gaat gebeuren en sluipen net even een andere kant op.




Het arme beestje heeft geen schijn van kans..... Het schreeuwt nog een keer en dan is het gebeurd en wordt hij verorbert door de 4 leeuwen. Wel spektakulair....... om te zien. De laatste rit naar Two-Rivers , bij Marie se draai zitten 3 cheeta’s boven op een duin om zich heen te kijken of er ook iets te eten valt maar helaas er is niets anders dan een oryx in de buurt. Ook de vossen worden met rust gelaten. Toch schijnbaar niet zo veel honger nog.
In de buurt van Jan se draai zien we 3 kleine cheeta’s. Moeder is op jacht en de jongen wachten in de schaduw onder de boom. 


 Op 25 februari  verlaten we dit prachtige park met z’n mooie dieren en gaan op weg naar Upington. Hier kamperen we op Sakkie se Arkie. Maar voordat we het kamp op kunnen moeten er nog een paar bomen gesnoeid worden maar dat is geen probleem. Een mooi plekje aan de Oranje rivier. 
Veel leesplezier !!! 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten